Rekenen
Met Rekenen test je je rekenvaardigheid. Je mag hierbij niet je rekenmachine gebruiken. Dat betekent dus hoofdrekenen. Om te zorgen dat je snel door dit soort sommetjes heen komt, is het heel handig om ze te oefenen. Zo raak je bekend met het soort sommen dat je tegen kunt komen en ontwikkel je een strategie voor het snel en goed oplossen ervan. Vaak mag je bij het rekenen wel papier en pen gebruiken. Doe dat ook want het maakt het oplossen van de sommen veel makkelijker.
Voorbeelden
Om je bekend te maken met het soort sommen wat je tegen kunt komen bij het rekenen, laten we hieronder een paar voorbeelden zien. Probeer de sommen eerst zelf op te lossen, voordat je naar het antwoord en de uitleg eronder kijkt.
Welk antwoord moet op de puntjes staan? -25+-25=… 50 25 0 -25 -50
Het goede antwoord bij deze som is -50. Bij een optelling met een + en vervolgens een negatief getal valt de + eigenlijk weg. Wat er dus eigenlijk staat is -25 – 25. Dit is -50.
Geef het antwoord voor X=7 Y=5X+7 34 36 38 40 42
Het goede antwoord bij deze som is 42. Er wordt bij deze opgave gevraagd om X te vervangen door het nummer 7. Wanneer we dat doen wordt de opgave 5×7+7=Y. Dit is 35+7=42.
Door welk getal is de uitkomst van de optelling niet te delen? 55+7+10=… 2 4 6 8 10
Het goede antwoord bij deze som is 10. Er wordt hier niet gevraagd om het getal van de uitkomst, maar door welk getal de uitkomst niet te delen is. Hoe reken je dit uit? Eerst moet je de uitkomst berekenen. Dit is 72. Als je dit door 2, 4, 6 of 8 deelt kom je op hele getallen uit. Maar 72 gedeeld door 10 is 7.2 uit. Dit is geen heel getal en bij dit soort sommen betekent het dat de uitkomst niet te delen is door het gebruikte getal, in dit geval 10.
Tips voor het oplossen van rekenopgaven
Werk stap voor stap naar een antwoord toe
Ondanks dat hoofdrekenopgaven vaak redelijk eenvoudig zijn, heb je wel vaak meer dan 1 stap nodig om de oplossing te vinden. Schrijf deze stappen op, als je er een kladbriefje bij mag hebben, en probeer niet in één keer het antwoord te vinden. In één keer het antwoord willen vinden kost vaak meer tijd dan de opgave in simpele stappen in te delen. Een voorbeeld: 12×45 is redelijk lastig om in één keer op te lossen, maar 10×45 en 2×45 uitrekenen en dit daarna op te tellen gaat een stuk makkelijker en sneller.
Gebruik de methode die werkt voor jou
Werk jij bijvoorbeeld goed om te cijferen (de som onder elkaar opschrijven en dan optellen)? Of werkt het voor jou beter om elke tussenstap naast elkaar op te schrijven? Kies wat werkt voor jou. Je wordt niet beoordeeld op de methode die je gebruikt om de sommen op te lossen, maar op de antwoorden die jij met jouw methode berekent.
Ken de rekenregels
In sommen met verschillende tekens (plus, min, gedeeld door, keer, etc.) maak je fouten als je niet weet welk in welke volgorde je de som moet oplossen. De goede volgorde is: haakjes, machten, vermenigvuldigen, delen, wortels, optellen, aftrekken. Een goed ezelsbruggetje om dit te onthouden is: Hé, Meneer van Dalen wacht op antwoord!
Oefening baart kunst!
Het is erg belangrijk om te oefenen voor een capaciteitentest.
Als je oefent kan je score hoger worden. Jouw jouw kans op het krijgen van die felbegeerde baan wordt daarmee ook groter.
Oefen zoveel als je kunt. Dan kun je je opgaven sneller en efficiënter oplossen en krijg je een hogere score.
Ga direct aan de slag met oefeningen voor rekenen:
✓ Je krijgt direct online toegang tot de testen.
✓ Niet tevreden? Geld terug!
OYA-training is een onderdeel van 123test. Koop dit pakket op 123test en ontvang gratis het E-book ‘Assessmentgeheimen ontsluierd’ t.w.v. € 9,95.
Omdat rekenen je numerieke intelligentie meet, word je hier ook beter in als je andere numerieke testen oefent.
Train daarom ook eens de volgende testen: Cijferreeksen, Numeriek inzicht en Redactiesommen. Wij hebben voor deze testen pakketten met oefenvragen:
Ook hier geldt:
✓ Je krijgt direct online toegang tot de testen.
✓ Niet tevreden? Geld terug!